Het is 2 juni 1985, kwart over vier in Roosendaal. Heracles viert met haar supporters het kampioenschap van de eerste divisie. Eindelijk, na vele jaren is de Almelose club weer doorgedrongen tot het walhalla van de Nederlandse voetbalsport. Eenvoudig was het allerminst. Het seizoen kenmerkte zich door de vele problemen van financiële aard. Het woord faillissement werd door velen binnen en buiten club in de mond genomen. Waar menigeen zich druk maakte om het randgebeuren, hielden Gerard Somer en Arie Stehouwer zich bezig met de selectie en waren ze er rotsvast van overtuigd dat er in het elftal veel potentie zat. In een artikel in het Dagblad van het Oosten van 2 juni wordt onder meer de clubleiding geroemd om de actie de shirtsponsor buiten de deur te zetten. Volgens de krant wilde de geldschieter meer macht dan dat het bestuur wilde toestaan.
Voordat het kampioenschap gevierd kon worden stond de (voorlaatste) wedstrijd tegen Wageningen op het programma. In deze zeer belangrijke thuiswedstrijd moest Heracles winnen om als potentiele kampioenskandidaat aan de top te blijven staan. Helaas voor de 8.000 supporters eindigde de wedstrijd in een 2-2 gelijkspel. Met de rust was de stand 0-2 maar na de hervatting kwam de Almelose club op basis van karakter terug. Via doelpunten van Rob Poell en de jarige Jan van Staa werd er uiteindelijk toch een punt behaald. Na het laatste fluitsignaal van scheidsrechter van der Leek kwamen ook de uitslagen van de concurrenten binnen. En wat bleek? Het geluk zat dit keer de Almeloërs mee. De naaste concurrenten RKC en FC VVV verloren beiden hun wedstrijd. Met nog één wedstrijd te gaan stond Heracles ineens met één punt voor op de andere kanshebbers voor de titel.
De laatste wedstrijd was een uitwedstrijd naar RBC in Roosendaal. Om zoveel mogelijk supporters naar Roosendaal te krijgen startte de club in samenwerking met de supportersvereniging “Hart voor Heracles”, een actie om de supporters voor een klein bedrag naar Roosendaal te laten gaan. Via de OAD werden de bussen geregeld. In totaal 30 bussen brachten de duizenden supporters uit Almelo naar het Brabantse land. Blijkbaar was dit voor de overheid in Roosendaal de eerste keer dat er zo'n grote schare voetbalfans naar hun stad afreisden. Om één ander in goede banen te leiden werden de bussen met supporters op een parkeerplaats voor Roosendaal ontvangen. Maar op deze parkeerplaats stond ook een tankstation en wat doe je als je als supporter een paar honderd kilometer in de bus hebt gezeten? Juist. Een bezoek brengen aan het tankstation. Toen de bussen onder politiebegeleiding naar het stadion reden bleek de shop geheel uitverkocht te zijn. Of alle etenswaren en drank netjes waren betaald is een vraag. Maar gezellig was het wel. In het stadion was de helft van de beschikbare plekken bestemd voor de Almelose fans.
Vlak voor rust zorgde Rudi Schepers voor de 0-1. In de tweede helft scoorden Rudy Metz en John ter Mors de 0-2 en 0-3. Na het laatste fluitsignaal van scheidsrechter Geurds bestormden honderden supporters het veld om hun helden te feliciteren met het behalen van het kampioenschap. Over de supporters die waren meegereisd was de politie in Roosendaal zeer te spreken. De politie, gestoken in gewoon tenue kon net als de supporters genieten van het duel. Noodzaak tot optreden was er niet , want de supportersschare hield zich zelf in de hand.
Een Heraclessupporter deed op het veld nog een mooie uitspraak. “Zo kunt de leu nog ’s seen, dat ’t helemaol nog niet zo gek is ai’j uut ’t oost’n komt”
Een Heraclessupporter deed op het veld nog een mooie uitspraak. “Zo kunt de leu nog ’s seen, dat ’t helemaol nog niet zo gek is ai’j uut ’t oost’n komt”
Bij terugkomst in Almelo stonden de thuisgebleven supporters rijen dik langs de wegen die naar het stadion leidden om hun helden toe te juichen. Ook de bussen met de supporters kwamen Almelo binnenrijden. Op de bussen stonden vele supporters te dansen en te zingen. ’s Avonds vond er een rijtoer plaats en werd het hele gezelschap op het gemeentehuis ontvangen. Ook bij het gemeentehuis stonden duizenden mensen de spelers en de staf toe zingen en te juichen.
Op vrijdag 14 juni vond in het Postiljon Motel de kampioensreceptie plaats. Dit werd achteraf een memorabele avond. Allerlei bestuursperikelen speelden op. Zo wilden sponsors zich met het beleid bemoeien. Kort hierna zou er een nieuw bestuur komen. Een uitspraak van Fred Hoogstraten die avond was: “Geld is macht, zo ligt dat nu eenmaal in de voetballerij”. Is dat hedentendage ook nog steeds het geval? Om al die perikelen te beschrijven werd het net Peyton Place, een in die tijd populaire televisieserie in vele delen.